Slecht slapen

Veel jonge kinderen hebben wel eens een periode dat ze niet goed slapen. Meestal gaat dat vanzelf weer over. Maar als je kind vaak slecht slaapt, kunnen jij en je kind daar veel last van hebben. Het heeft invloed op het hele gezin en zorgt vaak voor stress. Als ouder kun je een aantal dingen doen om je kind beter te laten slapen.

Je kind kruipt bij jou in bed en dat wil je liever niet

Vraag wat er aan de hand is. Is je kind angstig, troost het dan even. Breng het weer terug naar het eigen bed. Neem de tijd om je kind tot rust te laten komen en laat het in het eigen bed weer in slaap vallen. Als je kind er weer uit komt, herhaal dit ritueel dan. Als je kind in je bed kruipt zonder je wakker te maken, herhaal dit ritueel dan zodra je wakker wordt.

Je kind komt steeds uit bed

Blijf rustig en breng je kind terug naar bed. Word niet boos. Als je kind weer uit bed komt, zeg dan duidelijk dat je wilt dat het in bed blijft. Blijf het met geduld steeds weer in bed terug leggen en vertel dat je wilt dat je kind in bed blijft. Dit kan in de eerste periode veel tijd kosten, maar als je geduldig blijft en volhoudt, lukt het zonder dat het akelig wordt voor je kind. Prijs je kind voor de keren dat het wel in bed blijft. Sommige kinderen slaapwandelen tijdens de eerste uren van de (diepe) slaap.

Je kind huilt ’s nachts

Kijk of er iets aan de hand is. Als je kind geen pijn heeft en niet ziek is, kun je het met een knuffel en kalmerende woorden weer tot rust brengen in bed. Als je kind bang is, doe dan hetzelfde. Ga daarna weer rustig weg. Bij sommige kinderen helpt het om een lapje of knuffeltje, dat je als ouder overdag op je huid gedragen hebt, ’s nachts aan je kind te geven. Dat geeft een vertrouwd gevoel. Je kind heeft dan het gevoel dat papa of mama toch een beetje bij hem of haar is.

Tips

  • Stel een vast slaapritueel in. Je kind weet dan waar het aan toe is. Zorg voor een vast ritueel van ongeveer 20 tot 30 minuten. Onderneem rustige activiteiten, zoals voorlezen en praten over de afgelopen dag. Doe dit zoveel mogelijk in de slaapkamer van je kind en met volle aandacht. Zorg er dus voor dat je zelf niet gestoord wordt tijdens dit ritueel.
  • Gebruik een vast slaapschema. Zorg dat je kind elke dag rond dezelfde tijd opstaat en naar bed gaat.
  • Zorg voor een rustige en donkere slaapkamer. De optimale kamertemperatuur ligt tussen 16 en 18 graden. Gebruik eventueel een nachtlampje.
  • Onderneem geen drukke activiteiten vlak voor het slapengaan.
  • Ga overdag regelmatig naar buiten met je kind en laat het lekker bewegen in de buitenlucht.
  • Ga bewust om met media. Als peuters te veel spelen met een tablet of telefoon kan dit problemen met slapen geven. Laat je kind een uur voor het slapen niet meer naar een beeldscherm kijken. Natuurlijk is er ook geen televisie, tablet of computer in de slaapkamer.
  • Geef twee uur voor het slapengaan geen zware maaltijden aan je kind.
  • Als jij de voorkeur hebt dat je kind in het eigen bed slaapt, wees dan duidelijk naar je kind. Als je wisselend reageert, dan kan die onduidelijkheid ervoor zorgen dat het langer duurt voordat je peuter gewend is in zijn eigen bed te slapen.
  • Is je kind bang in bed of heeft het soms een nachtmerrie? Dat komt vaak voor. Als je je kind op dat moment gerust stelt, gaat het vanzelf over.
  • Vind je het niet zo’n probleem wanneer je kind bij je in bed slaapt, dan helpen bovenstaande tips natuurlijk ook. Zorg altijd dat het samen slapen veilig gebeurt.

Als je alle tips die hierboven staan al hebt geprobeerd en je peuter toch niet rustig zelf kan slapen, kan dit een probleem voor je worden. In dat geval kun je contact opnemen met de Jeugdgezondheidszorg of met je eigen huisarts.

Deel dit artikel

Voor jou