Vaccinaties

Na de geboorte van je kind krijg je een uitnodiging om je kind te laten vaccineren. Deze uitnodiging krijgen alle ouders in Nederland. Je bent niet verplicht om je kind te laten vaccineren, maar artsen raden het wel aan. Het voorkomt namelijk dat je kind bepaalde infectieziektes krijgt.

Bescherming tegen infectieziektes

In het eerste jaar word je opgeroepen om je baby te laten vaccineren tegen de ziektes difterie, kinkhoest, tetanus en polio (DKTP), hib-ziekte, hepatitis B en pneumokokkenziekte. Dit zijn geen onschuldige ziektes, die gelukkig door het vaccinatieprogramma bijna niet meer voorkomen.

Om je kind te beschermen tegen deze ziektes is het belangrijk dat het vaccinatieprogramma volledig wordt afgerond. Wil je meer weten over de vaccins of wil je weten wanneer je wordt opgeroepen? Het schema vind je op Rijksvaccinatieprogramma.nl. Wil je meer informatie over de verschillende infectieziektes? Zoek ze dan op op Thuisarts.nl.

22 wekenprik

Door de invoering van de 22 wekenprik is het vaccinatieschema voor kinderen veranderd. Als je als moeder bent gevaccineerd tijdens de zwangerschap, heeft je baby zelf straks 1 prik minder nodig. De eerste prik start dan bij 3 maanden in plaats van 2 maanden. Heb je als moeder geen 22 wekenprik gehaald? Dan krijgt je kind bij 2 maanden een extra vaccinatie (DKTP-Hib-HepB).

Heb je als moeder wél de 22 wekenprik gehaald? Dan ziet het vaccinatieschema het eerste jaar er als volgt uit:

  • 3 maanden: vaccinatie tegen DKTP-Hib-HepB en een vaccinatie tegen Pneumokokken
  • 5 maanden: vaccinatie tegen DKTP-Hib-HepB en een vaccinatie tegen Pneumokokken
  • 11 maanden: vaccinatie tegen DKTP-Hib-HepB en een vaccinatie tegen Pneumokokken
  • 14 maanden: vaccinatie tegen BMR en een vaccinatie tegen meningokokken (MenACWY)

Meer informatie over de 22 wekenprik vind je op Rijksvaccinatieschema.nl

Groepsbescherming

Voor veel infectieziekten is sprake van groepsbescherming. Dat betekent dat wanneer veel kinderen ingeent zijn tegen een bepaalde infectieziekte, deze ziekte minder vaak voor komt. Ook kinderen die niet ingeent zijn en kinderen waarbij de inenting niet werkt, lopen dan minder risico de infectieziekte te krijgen. Ze worden als het ware beschermd door de groep van ingeente kinderen.

Twijfels om te vaccineren

Het kan zijn dat je twijfelt of je je kind moet laten vaccineren. Sommige ouders maken zich bijvoorbeeld zorgen over:

  • waar het vaccin precies uit bestaat;
  • of het vaccin niet schadelijk is voor het kind;
  • wat de mogelijke bijwerkingen zijn van het vaccin;
  • of dat er een kans is dat het kind de ziekte toch nog krijgt.

Uit verschillende onderzoeken weten we dat de vaccins niet schadelijk zijn voor je kind en dat het vaccin juist voorkomt dat je kind een infectieziekte krijgt. Heel soms kan een kind na vaccinatie de ziekte toch krijgen. De ziekte is dan wel minder ernstig en de kans op complicaties is erg klein.

Wil je meer weten over de mogelijke bijwerkingen van een vaccin? Kijk dan op Rijksvaccinatieprogramma.nl. Je twijfel kun je natuurlijk ook altijd bespreken bij het consultatiebureau.

Filmpje: Fiona over vaccineren

Bron: Opvoedinformatie Nederland

Fiona vertelt in dit filmpje over vaccineren. Welke vaccinaties zijn er, welke keuzes heb jij als ouder en wat zijn de adviezen?
Deel dit artikel

Voor jou