Tips tegen het huilen

Alle baby’s huilen. Sommige wat meer dan anderen. Er zijn verschillende dingen die je kunt proberen om het huilen te verminderen.

1. Leer je baby goed kennen

Als je de lichaamssignalen van je baby gaat herkennen, weet je sneller wat er aan de hand is als het huilt. Kijk en luister daarom goed naar je baby. Waar wordt hij rustig van, wat vindt hij prettig en wat niet? Vertrouw op jezelf en ga af op je intuïtie.

2. Zorg voor ritme en voorspelbaarheid

Door een voorspelbaar dagritme aan te houden, weet je baby wat er komen gaat en dit geeft een vertrouwd gevoel. Bijvoorbeeld, zodra je baby moe wordt: in bed leggen, slapen, wakker worden, voeden op verzoek, knuffelen, praten, spelen met je baby en alleen laten spelen en weer in bed leggen als hij moe wordt, slapen, enzovoort. Let daarbij goed op de signalen van je baby! Door goed naar je baby te kijken, ga je het dagritme van je baby herkennen. Hier kun je je eigen dagindeling op aanpassen.

Routines helpen het leven voorspelbaar te maken voor baby’s en kunnen de kans dat je baby gaat huilen verkleinen. Verschoon je baby bijvoorbeeld altijd op een vaste plek en doe dat volgens een vast patroon. Ook bij het slapen gaan kun je elke dag dezelfde routines gebruiken, bijvoorbeeld eerst even zingen, knuffelen, toedekken en tot slot een muziekdoosje aanzetten.

3. Geef je baby voldoende rust

Voldoende rust is belangrijk voor baby’s. Zeker tijdens de eerste weken. Als je kraamvisite krijgt, hoef je de baby niet aan iedereen te geven. Kijk goed naar je baby en probeer in te schatten of het nog prettig is voor de baby om door iemand anders vastgehouden te worden. Als je baby slaapt op het moment van visite kun je hem gewoon laten slapen, zo blijft hij in zijn slaapritme.

Probeer overbodige prikkels zoals harde televisie of broers en zussen die te wild met de baby spelen te vermijden. Ook kun je het aantal speeltjes in de box beperken tot twee of drie als je ziet dat je baby er last van heeft. Zo wordt je baby rustig en verklein je de kans op huilen.

4. Maak het bedje strak op

Baby’s slapen soms beter in een strak opgemaakt bedje omdat de armen en benen dan niet alle kanten op kunnen gaan. Je kunt het bed zo opmaken dat de deken tot de schouders van je baby reikt, terwijl zijn voeten tegen het voeteneinde liggen. Stop de deken in, dan ligt je kind stevig.

Opmaken babybedje

Bron: NCJ

Leg je baby met zijn voeten bijna tegen het voeteneind van het bed.

Leg je baby met zijn voeten bijna tegen het voeteneind van het bed.

5. Leg je baby moe maar wakker in bed

Geef je baby de kans om in slaap te vallen als je tekenen van vermoeidheid ziet. Wanneer je baby gaat huilen als je hem weglegt, kun je je baby eerst de kans geven om uit zichzelf tot rust te komen. Neemt het huilen niet snel af, dan kan het helpen de wieg te wiebelen of om over de buik te aaien. Daarbij kun je zacht zingen of neuriën. Soms ontdek je per toeval waar jouw baby rustig van wordt.

Lukt het niet, dan is het natuurlijk beter om je baby te troosten. Het is niet de bedoeling dat je baby overstuur raakt. Een volgend slaapmoment kun je dan weer opnieuw oefenen met in bed in slaap vallen.

6. Maak gebruik van een draagdoek

Je kunt je baby ook regelmatig in een strakke draagdoek dragen. Stevig lopen kalmeert veel baby’s. Klop heel zachtjes op zijn billetjes in het ritme van je eigen hartslag. Hier worden sommige baby’s rustig van.

Let er wel op dat het niet te warm wordt voor je baby. Trek hem niet te veel kleren aan, draag hem niet onder een dichte jas en zorg ervoor dat zijn neus altijd vrij is. Voor je gebruik maakt van een draagdoek is het verstandig om hier op een rustig moment even mee te oefenen. Voor vragen over het gebruik van een draagdoek kun je naar het consultatiebureau.

Deel dit artikel

Voor jou